Knaagvoer: over honden, konijnen en wortels…

The-Veggieburger-o
Mijn oppaskindje stelde laatst een verpletterende vraag: “is het niet zielig voor dieren dat wij ze eten?”. Als verantwoord burger en niet in de positie van opvoeder, moest ik even nadenken over hoe ik dit tactisch kon beantwoorden zonder straks een dagelijks drama van de eetmomenten van dit gezin te maken. Ik weet nog dat ik zelf die vraag stelde. Stelselmatig werd die beantwoord met “Het zou zielig zijn voor ons als wij dat niet deden. We hebben het nodig om te leven”. Ik was een dierenvriend, een vliegjes-uit-de-wijn-redder. Maar met dat antwoord kon ik zelfs als kind niet ontkennen dat hier sprake was van enige belangenverstrengeling. Ik legde me er bij neer dat wij koeien, kippen en varkens moesten eten (let wel: geen kalf, kuiken of big). Om zelf te leven. En vissen. Omdat dat ook ‘goed voor je’ was. Des te meer reden had ik om andere dieren vooral niet te eten. Eend, kalkoen, hert, schaap of geit. Mij kreeg je er niet aan. Moest niet. En garnalen ook niet. Maar die koeien, kippen of varkens, daar dacht ik verder niet over na. Dat was een gegeven. Moest nou eenmaal.

Maar iedere kerst werd het lastiger te verkopen dat ik geen kalkoen of reerug of iets dergelijks wilde eten, maar niet moeilijk deed over een karbonade. Hoorde het niet bij volwassen worden dat je je voorkeuren hier en daar aanpast? Net als wijn en koffie gaan lusten? Tot voor kort dacht ik van wel. Maar na veel artikelen, boeken, docu’s en moeilijk te beantwoorden plofkipvragen, denk ik daar iets anders over. Wat we normaal vinden om te eten is voor het overgrote deel cultureel bepaald. In Indonesië eten ze hond… Ik heb een hond. Ik kan geen hond eten. Een varken is intelligenter dan een hond. Ik kon wel varken eten. Is dat logica? Is dat volwassen worden? Of is dat gewoonte? Cultuur?

“Nou? Is het zielig dat we ze eten, de dieren?” ongeduldig fronsend kijkt m’n oppaskindje me aan. Iemand zei mij laatst: “Pas als jij een kind, een wortel en een konijn in een hok zet, en het kind eet het konijn op en gaat met de wortel spelen, dán heb je mij overtuigd dat wij écht vanuit ons zelf al die soorten vlees eten als we voldoende andere dingen hebben”. De proef op de som, liet ik maar even aan mijn fantasie over. “Zou jij je konijn opeten?” vroeg ik aarzelend. “Neeeeeeeeeee! Tuurlijknie” gilde hij lachend uit. “In Indonesië eten ze hond” probeer ik onverschillig te zeggen. “dat is raar” zegt m’n oppaskindje. “Dat is ook raar” mompelde ik, hopend dat dit het einde was van het gesprek. Hij sprong van z’n stoel en stormde naar zijn speelgoed. Ik haalde opgelucht adem. Ik kan wel een lesje ‘opvoedkunde’ gebruiken… Of kunnen we dat allemaal wel gebruiken, als het om dieren eten gaat?
Hoe het ook zij, voor mij toch maar geen konijn op mijn bord. Of hond.

Advertentie

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s